Interview Poldoore over gloednieuw album Soft Focus: “het draait om het creëren van sfeer”
Vandaag brengt Thomas Schillebeeckx aka Poldoore zijn nieuwe plaat uit. Soft Focus is een sprankelende reis vol dromerige, door hiphop-gekleurde beats, pure analoge nostalgie. Het is een geluidscapsule die het verleden, het heden en de toekomst bottelt en je meeneemt in een dynamische auditieve reis.
Meer dan 65 miljoen Spotify-streams. Vijvenzestig miljoen! Je zou van minder beginnen te duizelen. De Belgische producer en DJ Poldoore blijft er kalm bij. Het is de wereld die helemaal gek wordt. Van zijn muziek, uiteraard. Jarenlang bricoleren in zijn thuisstudio vol analoge curiositeiten, enthousiast sampelen en het hacken van live-instrumentopnames, leiden door de jaren heen tot een unieke sound, een die talloze muziekstijlen en tijdperken met elkaar verbindt, en de luisteraar meeneemt op een trip langs een dynamische auditieve soundscape.
Poldoores debuutalbum Street Bangerz Vol. 6: Playhouse werd in 2012 opgepikt door het in Los Angeles gevestigde downtempo-label Cold Busted (de hitsingle ‘But I Do’ heeft tot nu toe meer dan 20 miljoen Spotify-streams) en was een wereldwijde hit.
Na de release van zijn tweede album in 2014, The Day Off, werden meteen ook Poldoores ambities groter. Geprezen door onder meer Noisey (music by VICE), Majestic Casual en Creation 5 van Bang&Olufsen kreeg Poldoore steeds meer fans, wat leidde tot een eerste live-tour. Grote festivals in Europa volgden: Dour Festival, Tomorrowland en Gilles Peterson’s Worldwide Festival. Later dat jaar werd zijn werk bij de Red Bull Elektropedia Awards beloond met een nominatie in de categorieën Album Of The Year, Artist Of The Year en Breakthrough Artist Of The Year. Zijn jazzy versie van het klassieke nummer Fu-Gee-La van Fugees won uiteindelijk de tweede plek in de Remix Of The Year-categorie en ging aan de haal met de titel ‘#8 Best Belgian Remix Ever’.
Poldoore is altijd al op zijn hoede geweest voor hyperconnectiviteit en de vraag naar ‘go out and play!’ die de hedendaagse muziekwereld kenmerkt. Na de release van zijn The Day After LP in 2016 spendeerde hij thuis in Leuven het gros van zijn dagen aan het verfijnen van zijn productievaardigheden. Hij ontgroeide snel de status van “slaapkamerproducent” toen hij naam begon te maken als een ‘skilled artist’. Het leidde alvast tot boeiende remixes voor Emancipator, Wax Tailor, Talib Kweli, Selah Sue en Hermitude én zijn werk trok de aandacht van Sony die hem opdracht gaf de soundtrack te componeren voor de wereldwijde advertentiecampagne van hun Sony Xperia smartphone.
In 2019 releaste Poldoore Mosaic, een prachtige weergave van zijn steeds evoluerende vakmanschap. Het viel ook het muziektijdschrift Rolling Stone op: “Poldoore’s ability to marry different era’s and genres into a smooth, timeless blend” en ze bedachten de man met een vier-sterren recensie. Ultra-tekstschrijvers ASM (A State Of Mind) en de in Brooklyn-residerende rapper Awon (die schitterde in de veelgeprezen Netflix-documentaire Underdogs) deden er hun ding mee en lardeerden hun rhymes over Poldoores weelderige instrumentale composities. Een nieuwe reeks liveshows volgde snel. Poldoore stak deze keer ook de Atlantische Oceaan over en begon zijn eerste volwaardige tour door Noord-Amerika en Canada.
En nu? Soft Focus! Een album dat drijft op de sound van synths en oude, gorgelende machines. Het producersplezier spat van de plaat: de zorgvuldig geselecteerde sample chops en instrumentale takes gedijen goed op een melancholische achtergrond. Soft Focus is Poldoore ten voeten uit, en toont de veel gelaagdheid van zijn passie: de gepassioneerde crate digger, de analoge enthousiasteling en de gedreven componist.
Allkinds legde samen met Poldoore de focus op het nieuwe album, één week voor de release.
Uw artiestennaam is gebaseerd op financieel journalist Paul D’Hoore. Volgt u ook zijn beleggingsadvies? Zijn raad voor 2022: “je moét beleggen!”
“Die artiestennaam is als grap bedoeld, ik zag ooit een boek van Paul D’Hoore bij ons thuis op de tafel liggen, een boek dat mijn vader had gekocht. Ik heb die naam fonetisch opgeschreven. Uit interesse heb ik wel eens door het boek gebladerd, maar niet uitgelezen.”
De albumtitel ‘Soft Focus’, met een bepaalde focus op….
“Het verwijst naar een term in de fotografie, waarbij ze een foto bewust flew maken. Het geeft een dromerig effect, en ik vond het wel passen bij de zweverige dromerige muziek op dit album. En soft heeft te maken met mijn muziek die ik digitaal maak met behulp van analoge dingen, maar niet-digitaal wil laten klinken. Het omarmen van de imperfectie en het menselijke meer binnen te laten in de muziek. Het album krijgt daardoor in mijn ogen meer karakter.”
Hoe begint u aan een nummer, het lijkt me een hele puzzel. Samples, ritmes en interactie met andere artiesten.
“Door de jaren heen heb ik een sample bank opgebouwd, vanuit opnames die ik met muzikanten heb gedaan. (met saxofoon, piano, gitaar,…) Wanneer ik een melodie hoor die me emotioneel triggert, dan bouw ik daarop verder. Als ik de ruggengraat van een nummer heb, laat ik muzikanten komen om daarover wat te jammen. Rappers, zangers en zangeressen die daarmee iets doen. “
Het eindproduct is alleszins zeer verfijnd.
“Ik besteed zeer veel tijd aan details. 75% van de tijd die ik in een nummers steek, gaat naar de laatste 20% van de afwerking van een nummer. Ik hou ervan om kleine details in mijn muziek te verwerken, die je zelf moet ontdekken. Zelf vind ik dat ook leuk als ik een plaat beluister. Ik ben soms te perfectionistisch in details, die 99% van de mensen niet zullen horen. Puur psychologisch, moet het dan toch perfect zijn.”
Ga je zuiver voor sound of ook inhoudelijk? ‘Fading Love’ is wellicht te catalogeren onder love songs.
“Het draait voornamelijk rond het creëren van sfeer. Ik vertrek nooit rond een bepaald verhaal of thema. Ik weet nooit op voorhand exact wat ik ga doen. Als ik bepaalde vocal samples gebruik probeer ik daar in de titel steeds naar te verwijzen, zodat er toch een link is tussen de titel van het nummer en de inhoud, wat niet vanzelfsprekend is bij mijn voornamelijk instrumentale muziek.”
Als je de nummers naast elkaar zet, passen ze in een bepaald kader.
“Voor mij is een album niet gewoon een collectie van 10 willekeurige nummers. Ik heb altijd wel een bepaalde sound in mijn achterhoofd. Voor deze plaat had ik het plan om geen digitale instrumenten of digitale synthesizers te gebruiken. Enkel echte instrumenten en materiaal dat hier in mijn studio voor handen was. Zo creëert ge een bepaalde sound in een plaat. Ik hou van veel variatie in mijn muziek, maar er moet toch wel een lijn in zitten. “
Kan de omgeving inspirerend zijn, een festival waar u gaat spelen?
“Zeker, maar ook eens niet met muziek bezig zijn, kan inspirerend werken. Op vakantie gaan en uw geest de vrije loop laten gaan. Het levert soms een boek aan ideeën op waar ik mee aan de slag kan.
Als je volle bak met uw plaat bezig zijt, vertoef je in een eigen bubbel. Als je dan niet meer je huis uit mag in coronatijden, zit je permanent in de studio. Het is nodig om af en toe eens buiten te komen, en te beseffen dat er ook nog een wereld is buiten muziek.”
Op dit album ging u de samenwerking aan met Balkan Bump (Amerikaanse trompetspeler en producer) en A State of Mind.
“Balkan Bump is een muzikaal project van een vriend Will Magid. Ik werk met hem samen sinds een 8 tal jaren, op een aantal van mijn albums heeft hij trompet gespeeld. Zo wist ik het meteen bij het nummer ‘Home Again’, dat er nog iets ontbrak en dit was volledig Will zijn ding.
Voor A State of Mind heb ik ooit een remix gedaan en heb hen leren kennen tijdens een concert in Frankrijk. Het leek wel een toffe combo om hem opnieuw op deze plaat te hebben.”
Misschien ooit samen op een podium?
“Het is één van mijn dromen, een show te kunnen geven met alle gasten die meewerkten aan mijn nummers. Praktisch en financieel een uitdaging, maar je weet nooit! Will heeft al enkele concerten meegedaan, toen ik in de States op tour was. Optreden met A State of Mind zie ik ook wel ooit gebeuren, aangezien die van Europa afkomstig zijn.”
Opvallend, meetkundige figuren die terugkomen op uw albumcovers, nu gekleurde rechthoeken.
“In het begin deden die albumhoezen er minder aan toe. Mijn interesse in grafisch design is ondertussen gegroeid, ik lees er veel over. Ik ben van minimalistische dingen beginnen houden. Door bepaalde kleuren naast elkaar te zetten, kan het er cool gaan uitzien. Het kleurenpatroon van de hoes is gebaseerd op een oud filmrolletje van Kodak, waarop ze dat kleurenpatroon gebruikten. Het loopt parallel met het muzikaal materiaal en de analoge sounds uit de jaren 70 die ik gebruik.”
Het eerste nummer, ‘Leader’ klinkt filmisch en hypnotiserend.
“Oorspronkelijk had ik 9 nummers voor de plaat, maar wou er eigenlijk 10. Ik ben dan beginnen knutselen aan een intro. Ik hou wel van mysterieuze songs, die je helemaal niet verwacht. Gaat zo’n nummer losbarsten? En vervolgens deint het gewoon terug uit en begint het album écht met een energetisch nummer.”
Iemand die aandachtig luistert, hoort ook een krakende vinylplaat.
“Een knipoog naar het retro filmrolletje. De videoclip van ‘Hourglass feat. ASM’ heb ik opgenomen met een oude Super8 camera. Het geluid waarmee de plaat begint, is het geluid van de camera die aanspringt, een soort geratel. Ik vind dat die specifieke geluiden karakter geven aan een plaat. Zo heb ik hier in de studio een tape die in een Space Echo apparaat zit. Dat geluid van die tape heb ik eens opgenomen. Het zijn geluiden die je niet echt zou horen, als je er niet op let, maar ze dragen wel bij tot de algemene sfeer van de muziek.”
De partyfeeling alom aanwezig in ‘Home Again’.
“Alleszins een nummer dat ik veel in mijn sets ga draaien. Er zit meer energie in, naast de down tempo songs en het omvat meer crispy synthesizer sounds.”
Umami is Japans voor heerlijk en hartig en een nummer op de plaat. De piano geeft de aftrap in de song en de sax vult subliem aan. Een Japanse insteek?
“Het is een verwijzing naar mijn dochtertje Uma, die begin vorig jaar geboren is. Op het geboortekaartje staat een QR code, waarmee de mensen het nummer al eens konden beluisteren.”
Sax en piano komen regelmatig terug in de songs. (Lucid Dreams, Velvia, Fading Love)
“Ik heb zelf piano gespeeld en vind het één van de mooiste instrumenten. Piano kan de muziek een soort van warmte geven met lage akkoorden, zonder van die uitgebreid zotte piano solo’s toe te voegen. Daarnaast is de saxofoon een heel menselijk instrument, er zit emotie en dynamiek in die je onmogelijk digitaal kan recreëren.”
Behoud die focus én hopelijk snel terug live on stage met deze muzikale parel!
Tekst: Peter Minnebo. Foto: Poldoore.