Interview Bandler Ching over debuutalbum ‘Coaxial’: veelzijdigheid en eenheid
Bandler Ching (afkomstig uit Brussel), is een creatie van muzikale ideeën van componist en saxofonist Ambroos De Schepper (Kosmo Sound, Azmari en Mos Ensemble).
Door hedendaagse jazz, elektronica, trap, hiphop en global beats vernuftig te blenden, is het geluid gebaseerd op de vrijheid van expressie en improvisatie, daarbij uitgevoerd met een verbazingwekkende overtuiging. Met de hulp van Alan Van Rompuy (Azertyklavierwerke), Federico Pecoraro (ECHT!) en Olivier Penu (Kel Assouf) komen de vier eigenzinnige artiesten samen om hun muzikale identiteit spetterend neer te zetten.
Het kwartet zal op 27 januari het debuutalbum ‘Coaxial’ uitbrengen via het door groove geobsedeerde Sdban Ultra-label. Een hypnotiserende reis door de muzikale fantasieën van elk bandlid. De band heeft zijn wortels trouwens in de jazz. “We gaan uit van Jazz en geven daar met improvisatie en veel vrijheid een eigen attitude aan en vermengen het uiteindelijk met invloeden als elektronica, beats, hiphop, etc.”, zegt De Schepper.
Van de vrijgevochten schoonheid van ‘You Call It’ en pulserende, losse beats van ‘Awpril’ tot het verlichtende ‘Dag na Naamdag’ geïnspireerd op warme winterherinneringen en wilde zomerdromen, geeft De Scheppper de sax een nieuwe plek in zijn muzikale gebied. De albumtitel verwijst naar de verschillende muzikale invloeden van de bandleden die zich verenigen rond één artistiek centrum. Dat centrum is ‘Coaxial’ ,een uitgesproken geluid met een duidelijke identiteit, maar toch veelzijdig en moeilijk te categoriseren.
Allkinds ging een weekje voor de release al eens polshoogte nemen bij Ambroos.
Vanwaar kent de groepsnaam zijn oorsprong?
“Voor fans van een populaire Amerikaanse sitcom uit de jaren ’90 is de oorsprong zeer duidelijk. Voor wie dit onduidelijk is, go check it out!”
Hoe kwamen jullie tot een albumtitel?
“ ‘Coaxial’ kwam er na een kleine zoektocht naar een mooi woord, waarbij het uitgangspunt
‘veelzijdigheid’ en ‘eenheid’ was. Die twee termen vertalen zich goed in onze muziek en onze manier
van ideeën te delen en samen te werken.”
Jullie geluid is gebaseerd op improvisatie, hoe gaan jullie dan te werk bij het schrijven van songs?
Met de factor improvisatie lijkt me dat niet zo evident om alles op elkaar af te stemmen.
“Improvisatie staat vaak aan de wieg van elke track, maar daarna arrangeren we best wel veel. Impro
blijft dan aanwezig in de manier waarop we bepaalde tunes spelen of in bepaalde delen van een
track. Door onze gezamenlijke jazz achtergrond weten we goed hoe deze factoren op elkaar af te
stemmen, aangezien we al jaren met elkaar en muzikantcollega’s in dezelfde scene samenspelen.”
Hoe verliepen de opnames in de studio met al dat improviserend werk?
“De studio was voor ons een speeltuin waar we samen met Peter Desmedt heel veel plezier aan
beleefd hebben. Kleine momenten die naar boven komen zijn enkele takes met keukenpotten, een
controlekamer die getransformeerd wordt tot club (denk aan de track Delice), …”
Het taalgebruik in de songs en songtitels is gemengd, Nederlands, Frans en Engelstalig. Is dit
spontaan zo gegroeid? (Franstalige spoken words in ‘Delice’, het Nederlandstalige dichterlijke van
Maya Mertens)
“Dat is zeker spontaan gegroeid, al zal de Brusselse vibe er zeker iets mee te maken hebben.”
Hoe kwamen jullie tot een samenwerking met Maya Mertens?
“Deels dankzij onze broeder Alan Van Rompuy, die samenwerkt met Maya als Vieze Meisje. Deels
dankzij Volta, onze tweede thuis en waar we repeteren en Maya ook vaak rondhangt.”
Het albumcover oogt ijzig en bergachtig, wie ontwierp dit en zit er een bepaalde betekenis achter?
“Alle beelden die gebruikt werden voor het ontwerp zijn genomen door Chloé Savard, een Canadese
biologe die op Instagram onder de naam ‘Tardibabe’ microscopische organismen en beelden maakt
en deelt. We hebben bepaalde foto’s van haar gebruikt en de ontwerper Raimund Wong zijn ding
laten doen. Hij maakte al covers voor Alabaster Deplume en Black Flower en zijn smaak lag ons
volledig. Wat je dus ziet op de cover geeft de indruk van bergen, maar is eigenlijk een microscopische
foto van…iets.”
Welk publiek verwachten jullie in de zaal? De stijl is op zijn minst verrassend en wellicht herkent ieder er wel een bepaalde stijl in. ‘Awpril’ klinkt 80’s en heeft een Kraftwerk touch. ‘Dag Na Naamdag’ dan weer filmisch en ‘Delice’ doet soms denken aan Front 242 Electro.
“Wij hebben bitter weinig verwachtingen van welk publiek in onze zaal zit. Het is zo dat we graag onze muziek willen delen met eender wie die openstaat voor meer dan één genre, aangezien dat min of meer onze inspiratiebron is, of onze manier van werken. Wat alle tracks met elkaar verbind is een
gevoel voor groove en een sterk verbeeldingsvermogen, dus laat dat de eigenschappen zijn van een
droompubliek .”
‘Rave fever’ wordt beschreven als ‘rich cataclysm of sound & rythm’.
“Niet onze woorden, maar als we er even een uitleg aan moeten geven: een track die ontstaan is
vanuit verschillende lagen die zowel melodisch, harmonisch als ritmisch bijdragen aan de groove.
Daarmee hebben we gespeeld en dit dynamisch langzaam laten opbouwen tot een klein verhaal.”
De sax proberen jullie ook een nieuwe plek, dimensie te geven. Sublieme sound trouwens.
“Een groot deel van mijn experiment naar een breder soundpallet op sax speelt zich af in Bandler
Ching, dus deze trip is al een tijdje bezig. Dat houdt bijvoorbeeld in dat ik specifieke effectenpedalen
zoek die aanleunen bij ideeën of sounds die ik in m’n hoofd heb. Anderdeels hebben we samen met
producer Peter Desmedt diep gedoken in het processen van de saxsound per track, om soms
compleet de akoestische sound te laten varen. Daardoor komt de akoestische sound met momenten
dan ook beter tot zijn recht.”
Bandler Ching zijn:
Ambroos De Schepper: saxophone
Alan Van Rompuy: keys
Federico Pecoraro: bass
Olivier Penu: drums
‘Bandler Ching – Coaxial’ wordt gereleased op 27 januari via Sdban Ultra on vinyl / cd / digital.
28/01 – De Zwerver, Leffinge
01/02 – Bird, Rotterdam
23/02 – Hnita Jazz Club, Heist-op-den-Berg
03/03 – Volta, Brussel
15/03 – De Centrale, Gent
24/03 – Biekorf, Brugge
30/03 – Trix, Antwerpen
21/04 – JC De Klinker, Aarschot
Tekst: Peter Minnebo. Foto: Jef Vanderburght.